album    
         

 

 

   
   
Ronald Ergo

Ronald Ergo [1]

 

   
       
   


Ronald Ergo (Watervliet, 3 februari 1936 - Oostakker, 20 juni 2024)

 

   
   

Op vrijdag 20 juni is Ronald thuis in De Schalmei overleden. Heel sereen is hij in het bijzijn van wie hem dierbaar was ingeslapen.

Een vriend schreef me ‘als je vader sterft wordt het stil’.
Het is waar. En dat had ik nooit vermoed, die stilte, die lange pauze als het ademen wegvalt, als de werkelijkheid zich verdicht, lijkt stil te staan.

Er schuilt een onverhoedse eenzaamheid in het afscheid van je vader. Maar ook een gratitude, iets van een ingetogen blijdschap zelfs, voor het leven dat we samen hadden, voor wie hij voor ons was.
Op een heuvel in het zuiden van Toscane, met een blik gericht op de hemel en met de inspiratie van Dante en Parmoleto, had ik hem nog net een brief geschreven waarin ik hem dankte voor het prachtige leven dat we samen hadden.
Ik was blij dat hij dat nog kon lezen en dat hij ons toen, amper een week geleden, allemaal bij zich vroeg om er samen een glas op drinken, op dat mooie leven.

Liefste vader, mijn liefste broze vader,

Ik dacht dat ik het kon, je alleen laten met je pijn en noodlot maar nu zit ik hier op mijn balkon van eeuwige schoonheid, het is vaderdag en ik ben zo ver weg. En ik mis jou. Het is avond, het is loofstil, en ook het hoge gras beweegt nog nauwelijks. En ik kan ik alleen maar jou zien, hoe je jaren geleden op diezelfde plek zat en je blik liet verdrinken in dat oneindige onbekende en toch vertrouwde landschap. Je zat daar urenlang op een stoel in dat hoge gras, je mooie haar oplichtend tegen de achtergrond van eikenloof en een altijd blauwe lucht, je keek naar waarheen we allemaal kijken als we hier zitten, de lijn, het punt waarin de rollende heuvels opgaan in een blauwe of paarse verte, een eeuwigheid in de einder, in de geheimen van een horizon die voor ons uiteindelijk ook een schilderkundig fenomeen was, of toch een vraag, hoe we de verte konden  schilderen, de plans, welke kleuren je daarvoor nodig had, de verschillende soorten wit waarmee paars verder of dichterbij kwam.
Maar jij zat daar in dat gras, tussen die enkele bomen waar je de tuin zag overgaan in de wilde ongerepte en ongeschonden omgeving.

Liefste vader, het is zo moeilijk om afscheid te nemen, te begrijpen hoe een leven er zonder jou zou kunnen uitzien.
Ik weet het, ik ben soms ver weg, maar altijd en overal weer besef ik hoe mooi ons leven samen was. En dat is wat ik moet blijven denken, mijn lieve lieve ouders, dankjewel voor alles, voor het mooie samenleven, voor de schoonheid en de troost, voor de reizen die we samen maakten, de kunst die voor ons alles was.

Mijn liefste vader, mijn lieve broze vader, je was zoveel meer was dan alleen maar een vader. Ik schreef dit ooit voor jou op een kaartje, dat is lang geleden, dat was toen. Maar vandaag zou ik het opnieuw kunnen schrijven, het is nog steeds zo, als een zachte, onnadrukkelijke maar altijd aanwezig ondertoon, ‘zoveel meer dan alleen maar een vader’.
Het is niet te benoemen, niet te beschrijven wat je voor mij hebt betekend. Ik zie het als de golven in de zee, als een oneindige ongrijpbare beweging die niets achterlaat dan wat slingerende golvende lijnen in het zand, de vloedlijn, iets wat geschreven wordt en overschreven wordt. En oneindige beweging. De Fransen hebben er een mooi word voor, voor de lijnen die een golf achterlaat in het zand, laisses.
Nu zie ik voor het eerst dat ze ook staan voor vergankelijkheid, voor een kortstondige beweging, voor de vluchtigheid van een leven. En ik lees ook ‘laat het maar’.
André du Bouchet was de dichter van Laisses, en van het boek wat we samen maakten.
Een grote dichter, een mooie mens. 
En wij, wij deelden een grote liefde voor het woord, voor poëzie, en al waren onze liefste schrijvers niet dezelfde, ze hadden veel gemeen. En ook de boeken die we maakten waren niet dezelfde maar ze hadden veel gemeen. 

Je was een slordige typograaf, je was een slordige drukker. Maar in die losse benadering van typografie en drukkunst toonde je een bijzondere vrijheid en onafhankelijkheid, en bereikte je een unieke kunstvorm, iets wat niemand je ooit had voorgedaan. 
Ik denk met heimwee terug aan de tijd dat we samen de drukkunst bestormden, en in verlaten ateliers materiaal terugvonden wat ons zo dierbaar was, inkt en papier, letters, persen. De schoonheid van een verdwijnende wereld. Het was iets wat ons verbond, een passie, een niet te stillen honger naar materiaal, en naar de schoonheid van dat onschatbare erfgoed.
Letters, woorden, drukkunst.

En muziek.

Dank voor al die prachtige uren en dagen en weken en jaren vol mooie muziek. Ik kreeg mijn eerste 76 toeren fonoplaten van jou, het was een heerlijke ontdekkingstocht van wat daarvoor jouw eerst collectie was.
Later was het altijd ongelofelijk fijn bij jullie thuis te komen in een huis vol muziek. Altijd zat je te luisteren, dat is een sterk beeld dat me voor altijd bijblijft.

En film.

Wat daarover te zeggen? Ook het medium film hebben we samen bestormd, en heb jij me de weg gewezen. Het is teveel, er zijn teveel namen, teveel films, teveel sentimenten en geweldige herinneringen, niemand kan vermoeden wat jij ons hebt ingefluisterd, je leidde ons naar alle bioscopen in Gent, het waren er nog veel toen, en natuurlijk vooral naar de unieke bioscoop van Ben en  zijn onschatbare festival. Zoveel namen, zoveel onschatbare herinneringen. The Wild Bunch, The General, Kess, die prachtige beginjaren. Wat lijkt het lang geleden, ik was nog zo jong… Ik herinner me dat je ooit een snor op mijn bovenlip tekende zodat ik mee kon gaan naar een film in de Savoy, kinderen niet toegelaten, ik denk dat het Avanti! was, een onschuldige komedie van Billy Wilder. Maar die geschilderde snor was niet je beste werk, want ik mocht niet binnen en moest de avond doorbrengen bij Eddy en Veerle.

Het is teveel, teveel om in een enkel mensenleven te bevatten, en toch deed je het en gaf je dat alles aan ons door, aan mij en aan mijn liefste Wis.
Maar de grootste schatkamer die je behoedzaam rond ons bouwde en voor ons ontsloot, was de wereld van de beeldende kunst. Dat heeft me als mens gevormd, heeft me samen met die jaren op de Academie, gemaakt tot wie ik ben. En ook hier was er een euforie, een gulzigheid waarmee we samen de wereld van de kunst bestormden. We reisden veel samen in die tijd, Parijs, Amsterdam, Londen of Keulen, we wilden alles zien, en hebben ook zoveel gezien en naar waarde leren schatten, La Grande Parade, De Grote Utopie, Matisse, Bonnard en Sickert, een eerste keer Kiefer, een laatste keer Louise Bourgeois en zoveel meer.

Dankjewel daddy.

Kan het nog meer zijn?

Ja, toch wel, want we reisden niet alleen naar steden en musea overal in Europa. Ook onze zomerreizen blijven een bron van zoveel indringende herinneringen aan plaatsen, aan dorpen en pleinen, rivieren, natuur en ongerepte stranden, aan het genoegen nog wild te kunnen kamperen. De Marne, Pont Saint-Esprit, de Ardèche, de Verdon, Gruissan, Cubellas, en natuurlijk Salou, waar we zo vaak eindigden.
Je plantte een zaadje van het Mediterrane leven diep in ons, we zouden het al die jaren met onze kinderen blijven koesteren om uiteindelijk met hen in Italië ons eigen verhaal te schrijven. En ook dat verhaal deelden we met jullie.

Kan het nog meer zijn? Al die onuitwisbare schoonheid, al dat visuele genot?

 
Arezzo, Basilica di San Francesco, fresco's van De Legende van het Kruis, Piero della Francescaa Ronald Ergo, Arezzo, Basilica di San Francesco, affreschi di Piero della Francesca Ronald Ergo, Arezzo, blik op de fresco's van  Piero della Francesca in de Basilica di San Francesco, Arezzo Ronald Ergo, Arezzo, Basilica di San Francesco, affreschi di Piero della Francesca
 

Ronald Ergo, Arezzo, blik op de fresco's van Piero della Francesc
a in de Basilica di San Francesco, Arezzo

 

Als een soort onafwendbaar hoogtepunt, een bekroning van een leven lang samen ontginnen en ontdekken was er ook nog Santa Pia. Dat was uiteindelijk het mooiste geschenk dat we ons konden indenken. Het maakt ons nog steeds zo gelukkig en blijft voor altijd ook een onmisbaar deel van ons leven met jullie.
Het is een vreemd gegeven, dat ik niet in mezelf had vermoed voor we er woonden. Dat je zo gehecht kan raken aan een mooie plek, ik vergelijk het wel eens met een verliefdheid.
Zo voelde het ook, toen we met jullie voor het eerst vanuit het dorp de berg afreden en stilhielden voor het oude hek. De bedwelming van het vergezicht, het licht in de heuvels, de spiegeling op zee. Het natuurstenen huis.

Het is uiteindelijk het verhaal van een Italiaanse zomerliefde, liefde voor het landelijke Italië zoals we het niet kenden. La gente, de maaltijden en de wijn, de hitte, de zomers die zich eindeloos voor ons uitstrekken.
En dan het landschap, het ongeschonden landschap, die altijd licht aanwaaiende verte, en het zien van de spirituele neerslag daarvan op fresco's overal.
Het was fijn samen iets van die gulzigheid en honger uit de beginjaren opnieuw te beleven hier in Toscane, ik denk aan onze dagen samen in Firenze met Masaccio en Filippo Lippi, Benozzo Gozzoli en Fra Angelico, Andrea Buonaiuto in de Cappella Spagnolo, en ook later, ik zie je nog staan onder de hemel van Giotto in Assisi, bij de fresco’s van Piero in Arezzo en voor zijn meesterlijke Resurrezione  in Sansepolcro. Die verwondering in je ogen.
Je kon er blijven naar kijken, en wij met jou.

Grazie mille...

In het cipressenbosje dat we voor onze kleinkinderen hebben aangeplant staat aan de rand nu ook een grote boom. Het is jouw boom lieve vader, jouw cipres, als een hoeder voor wat na ons zal verder leven.

Dankjewel papa, dankjewel babbino mio.
Ik omhels je lang en intens, weet dat je altijd bij mij zal zijn,

je zoon,

Rein

 

 
Ronald Ergo, Amalfi, 2008

Ronald Ergo, Amalfi, 2008

 

Ronald Ergo. Schilder, tekenaar, graficus, letterzetter, typograaf, bibliofiel drukker en uitgever.
Autodidact. Einzelgänger.

Ronald Ergo concipieerde en realiseerde vanaf 1976 ook kunstenaarsboeken en bibliofiele uitgaven. In 1981 was hij medeoprichter van De Prentenier, een vereniging die het bibliofiele boek wilde bevorderen. Onder het imprint van De Prentenier zou hij meer dan 80 boeken uitgeven. Opvallende namen in het fonds van De Prentenier zijn J.L. de Belder, Paul De Vree, Anton van Wildrode, Charles Rossi, Garmt Stuiveling, Jaroslav Seifert, Wannes Van de Velde en Michel Seuphor. Ronald Ergo was enkele jaren als docent verbonden aan het Plantin Instituut voor Typografie te Antwerpen.

In 1997 was hij laureaat van de Torenwachtersprijs.

 

Ronald Ergo, september 1981

Ronald Ergo, september 1981

 

'In mei 2017 maakten we samen een reis langs Arezzo, Sansepolcro en Monterchi, het thuisland van Piero della Francesca. '

 

Een reis langs Arezzo, Sansepolcro en Monterchi, het thuisland van Piero della Francesca [2

]

 

 

Ronald Ergo and Oda, Assisi, Cathedral of San Rufino

Ronald Ergo and Oda, Assisi, Cathedral of San Rufino

 

 

 

 

   
   

 

       
Ronald Ergo, september 1981

Ronald Ergo, september 1981 [1]

 

 

 

 

 

 

 

       
Ronald Ergo

 

 

Ronald Ergo   Louis De Meester en Ronald Ergo
Louis De Meester en Ronald Ergo

 

 

       
  Ronald Ergo, model voor Eric Verbeke, beeldhouwer

 
 

 

 

     

 

 


Ten huize van Michel Seuphor, Ronald Ergo en Suzanne Prasse  
 

 

 

     

 

 

 
 

 

 

     
   
 

 

 

     
  Ronald Ergo, juni 2008, Cabo de Salou

 

 

   

Ronald Ergo, juni 2008,
Cabo de Salou

 

 

 

Ronald Ergo, Val d'Orcia, 2010

 

 

 

 

 

 
   

[1] Copyright © Foto Rein Ergo