Assisi is een stad die zich moeiteloos in het landschap van Umbrië nestelt. De stad is gebouwd op de helling van een heuvel die links het dal van Spoleto overziet en rechts Perugia dat op zo'n 15 kilometer afstand ligt. De stad wordt gedomineerd door de Basilica di San Francesco en de Rocca Maggiore op de heuveltop, aan de voet van de 1290 meter hoge Monte Subasio.
Assisi is een levende herinnering aan de triomfen en tragedies van de menselijke geest. Elke straatsteen ademt geschiedenis; elke bocht in de smalle straatjes onthult een onvermedaspect van zijn middeleeuwse verleden. De stad, verzadigd met de herinnering aan Sint Franciscus, fungeert als een symbool van eenvoud en spirituele toewijding. Maar voorbij de romantische façade van zijn basilieken en kloosters, schuilt een diepere, meer onrustige ziel.
In Assisi wordt het conflict tussen materiële rijkdom en spirituele armoede bijna tastbaar. De rijkelijk versierde Basiliek van Sint Franciscus, met zijn frescos van Giotto, contrasteert scherp met de gelofte van armoede die de heilige zelf aflegde. Deze tegenstellingen roepen vragen op over de ware aard van devotie en het spanningsveld tussen het heilige en het wereldse.
De stad zoals we die vandaag de dag zien is grotendeels ontwikkeld tijdens de Middeleeuwen. De kathedraal van San Rufino dateert uit de 13e eeuw en speelde een belangrijke rol in de geschiedenis van de Franciscaanse orde. Franciscus van Assisi (1182) en Clara van Assisi (1193), de stichters van de Franciscaanse Orde en de Arme Klaren, en veel van hun metgezellen werden in deze kerk gedoopt. De gevel is een van de belangrijkste werken van 'Umbrische' Romaanse stijl en kan worden vergeleken met voorbeelden zoals de Duomo en San Pietro in Spoleto.
Het onderste gedeelte dateert uit de 12e eeuw, met drie portalen geflankeerd door gebeeldhouwde leeuwen en griffioenen.